Zijn bijnaam "Pferde-Krüger" (Paard Krüger) lijkt wat te wennen, zelfs een beetje oneerbiedig, maar het classificeert het werk van de Saksische schilder Franz Krüger toch redelijk goed. Portretten van paarden waren, om een woordspeling te gebruiken, zijn stokpaardje. Of het nu gaat om jacht- en militaire schilderijen of om portretten, vaak is het door het volk zo vereerde hoefdier als motief te vinden. Maar om hem af te doen als een pure paardenschilder is natuurlijk fundamenteel verkeerd.
Br/>
Franz Krüger kwam als kind in aanraking met de dierenschilderkunst; zijn belangstelling werd gewekt door zijn vriend, de ornitholoog Johann Friedrich Naumann. Later, tijdens zijn schooltijd in Dessau, vond de zoon van een ambtenaar contact met de landschapsschilder Carl Wilhelm Kolbe, die hem als centraal artistiek thema in de natuur introduceerde. Op vijftienjarige leeftijd schreef hij zich in aan de Berlijnse kunstacademie, maar bleef daar slechts twee jaar. Daarna ontwikkelde hij zijn stijl autodidactisch. Het was uit deze periode dat hij zijn bijnaam kreeg, omdat hij zich in deze fase bijna uitsluitend toelegde op de representatie van dieren. Na een aantal succesvolle exposities breidde hij zijn spectrum uit met portretten. Zijn portretten van prominente tijdgenoten en belangrijke edelen hebben zijn roem aanzienlijk vergroot. Al op achtentwintigjarige leeftijd werd hij benoemd tot koninklijk hoogleraar en werd hij volwaardig lid van de Berlijnse Academie. Onder zijn leerlingen bevonden zich beroemde kunstenaars als Hermann Gemmel, Karl Konstantin Heinrich Steffeck en Theodor Schloepke. Hij kreeg ook het fortuin, vrij zeldzaam voor schilders, om door zijn werk rijk te worden. Zo kon hij het zich veroorloven om te verhuizen naar een groot huis in Berlijn, waar zijn leven nu centraal staat. Hij heeft echter veel gereisd om zijn artistieke opleiding te bevorderen; zijn weg voerde hem onder andere door heel Duitsland en naar Frankrijk of Rusland.
Hoewel Franz Krüger vooral wordt beschouwd als een kunstenaar in opdracht - en zichzelf als zodanig zag - is hij er altijd in geslaagd om zijn werken een eigen karakter te geven. Zijn werken kenmerken zich niet alleen door een hoge mate van nauwkeurigheid, levensechte scherpte en aandacht voor detail, ze bevatten ook veel subtiele humor en soms ook ironie en stille maatschappijkritiek, wat betekent dat ze niet alleen maar documentatie zijn. Zo plaatste hij in zijn foto's van militaire parades geen staatsleiders of glorieuze generaals in het middelpunt van de actie, maar de burgers of het gewone volk, wat zeker gezien kan worden als een afzwakking van de traditionele hiërarchische structuren. In dit opzicht is de term "Biedermeier-schilder", waarmee Franz Krüger vaak wordt aangeduid, net zo ingekort en zelfs misleidend als het "paard Krüger". Hij behoort weliswaar tot de Biedermeier-tijd en zijn motieven passen ook in deze bourgeoisie, maar zijn werken zijn niet echt conservatief - en zeker niet dowdy. Vermeldenswaard is ook dat hij een van de eerste beeldende kunstenaars was die de techniek van de lithografie in hun werk toepaste.
Zijn bijnaam "Pferde-Krüger" (Paard Krüger) lijkt wat te wennen, zelfs een beetje oneerbiedig, maar het classificeert het werk van de Saksische schilder Franz Krüger toch redelijk goed. Portretten van paarden waren, om een woordspeling te gebruiken, zijn stokpaardje. Of het nu gaat om jacht- en militaire schilderijen of om portretten, vaak is het door het volk zo vereerde hoefdier als motief te vinden. Maar om hem af te doen als een pure paardenschilder is natuurlijk fundamenteel verkeerd.
Br/>
Franz Krüger kwam als kind in aanraking met de dierenschilderkunst; zijn belangstelling werd gewekt door zijn vriend, de ornitholoog Johann Friedrich Naumann. Later, tijdens zijn schooltijd in Dessau, vond de zoon van een ambtenaar contact met de landschapsschilder Carl Wilhelm Kolbe, die hem als centraal artistiek thema in de natuur introduceerde. Op vijftienjarige leeftijd schreef hij zich in aan de Berlijnse kunstacademie, maar bleef daar slechts twee jaar. Daarna ontwikkelde hij zijn stijl autodidactisch. Het was uit deze periode dat hij zijn bijnaam kreeg, omdat hij zich in deze fase bijna uitsluitend toelegde op de representatie van dieren. Na een aantal succesvolle exposities breidde hij zijn spectrum uit met portretten. Zijn portretten van prominente tijdgenoten en belangrijke edelen hebben zijn roem aanzienlijk vergroot. Al op achtentwintigjarige leeftijd werd hij benoemd tot koninklijk hoogleraar en werd hij volwaardig lid van de Berlijnse Academie. Onder zijn leerlingen bevonden zich beroemde kunstenaars als Hermann Gemmel, Karl Konstantin Heinrich Steffeck en Theodor Schloepke. Hij kreeg ook het fortuin, vrij zeldzaam voor schilders, om door zijn werk rijk te worden. Zo kon hij het zich veroorloven om te verhuizen naar een groot huis in Berlijn, waar zijn leven nu centraal staat. Hij heeft echter veel gereisd om zijn artistieke opleiding te bevorderen; zijn weg voerde hem onder andere door heel Duitsland en naar Frankrijk of Rusland.
Hoewel Franz Krüger vooral wordt beschouwd als een kunstenaar in opdracht - en zichzelf als zodanig zag - is hij er altijd in geslaagd om zijn werken een eigen karakter te geven. Zijn werken kenmerken zich niet alleen door een hoge mate van nauwkeurigheid, levensechte scherpte en aandacht voor detail, ze bevatten ook veel subtiele humor en soms ook ironie en stille maatschappijkritiek, wat betekent dat ze niet alleen maar documentatie zijn. Zo plaatste hij in zijn foto's van militaire parades geen staatsleiders of glorieuze generaals in het middelpunt van de actie, maar de burgers of het gewone volk, wat zeker gezien kan worden als een afzwakking van de traditionele hiërarchische structuren. In dit opzicht is de term "Biedermeier-schilder", waarmee Franz Krüger vaak wordt aangeduid, net zo ingekort en zelfs misleidend als het "paard Krüger". Hij behoort weliswaar tot de Biedermeier-tijd en zijn motieven passen ook in deze bourgeoisie, maar zijn werken zijn niet echt conservatief - en zeker niet dowdy. Vermeldenswaard is ook dat hij een van de eerste beeldende kunstenaars was die de techniek van de lithografie in hun werk toepaste.
Pagina 1 / 1