Van de straten en imposante gebouwen van Parijs tot de velden van de Provence - Frankrijk met al zijn facetten is altijd een inspiratiebron geweest voor zijn fotografen. Mensen, landschappen, architectuur - elke foto vertelt een verhaal. Er is een romantiek die de hoofdstad van Frankrijk omringt - dat kan niet worden ontkend. En dit is ook en verankerd in het collectieve bewustzijn en de fotografie van de Fransen. Parijs wordt niet voor niets vaak de hoofdstad van de fotografie genoemd. De ontwikkeling van de stad en haar media zijn nauw met elkaar verbonden. Tijdens de industrialisatie groeide de Franse metropool sterk. En daarmee, zijn wereld van beelden. Dit omvatte technische massamedia zoals drukwerkfotografie en fotografie.
De eerste bekende foto ter wereld is in Frankrijk ontstaan, evenals de uitvinding van de fotografie. Joseph Nicéphore Niépce fotografeerde het uitzicht vanuit zijn raam in La Gras in het begin van de 19e eeuw. Een andere Franse landgenoot, Daguerre, maakte vervolgens de fotografie populair en praktisch. De Franse regering kocht zijn procédé, dat erin slaagde de beelden van de camera obscura permanent vast te leggen. De Academie van Wetenschappen en de Academie van Kunsten presenteerden het in augustus 1839 in Parijs en maakten het vervolgens tot een geschenk voor de wereld.
Dit was de belangrijke eerste steen voor een lange en nog steeds voortdurende geschiedenis van de Franse fotografische kunst. Deze visuele en nieuwe kunstvorm drukte al snel zijn stempel op de openbare ruimte in Frankrijk en de rest van de wereld. Belangrijke namen uit deze periode zijn de kunstenaars Henri Cartier-Bresson en Robert Doisneau. Franse fotografen in het algemeen hebben een centrale rol gespeeld in de verdere hebben een ongelooflijk belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van dit medium. Zij gebruikten het als een kunstvorm en als een middel om de geschiedenis en de samenleving van Frankrijk te documenteren. Zwart-wit beelden, dynamische, hedendaagse werken, maar ook vernieuwende opnamen en experimenten vertegenwoordigen de Franse fotografische kunst. Belangrijke namen in dit verband zijn ook: Brassaï, Félix Nadar, Jacques Henri Lartigue, Willy Ronis, Eugène Atget, en vele anderen. In het begin was fotografie echter vaak een documentair medium. Schilderijen en prenten werden vervangen door foto's, die nu de wereld visueel weergaven. In de 19e eeuw werd erover gedebatteerd voor welk doel foto's eigenlijk moesten worden gebruikt. Wetenschap of kunst. Of allebei. In de 20e eeuw werden foto's voor de Fransen meer en meer een symbool van nostalgie. Dit werd ook sterk beïnvloed door de Eerste en Tweede Wereldoorlog, die de orde van de mensheid hadden vernietigd. Foto's waren nu de enige manier om de wereld weer te zien zoals hij vroeger was. Dit wordt duidelijk bij het zien van de expressieve schilderijen van Franse kunstenaars uit die tijd.
Van de straten en imposante gebouwen van Parijs tot de velden van de Provence - Frankrijk met al zijn facetten is altijd een inspiratiebron geweest voor zijn fotografen. Mensen, landschappen, architectuur - elke foto vertelt een verhaal. Er is een romantiek die de hoofdstad van Frankrijk omringt - dat kan niet worden ontkend. En dit is ook en verankerd in het collectieve bewustzijn en de fotografie van de Fransen. Parijs wordt niet voor niets vaak de hoofdstad van de fotografie genoemd. De ontwikkeling van de stad en haar media zijn nauw met elkaar verbonden. Tijdens de industrialisatie groeide de Franse metropool sterk. En daarmee, zijn wereld van beelden. Dit omvatte technische massamedia zoals drukwerkfotografie en fotografie.
De eerste bekende foto ter wereld is in Frankrijk ontstaan, evenals de uitvinding van de fotografie. Joseph Nicéphore Niépce fotografeerde het uitzicht vanuit zijn raam in La Gras in het begin van de 19e eeuw. Een andere Franse landgenoot, Daguerre, maakte vervolgens de fotografie populair en praktisch. De Franse regering kocht zijn procédé, dat erin slaagde de beelden van de camera obscura permanent vast te leggen. De Academie van Wetenschappen en de Academie van Kunsten presenteerden het in augustus 1839 in Parijs en maakten het vervolgens tot een geschenk voor de wereld.
Dit was de belangrijke eerste steen voor een lange en nog steeds voortdurende geschiedenis van de Franse fotografische kunst. Deze visuele en nieuwe kunstvorm drukte al snel zijn stempel op de openbare ruimte in Frankrijk en de rest van de wereld. Belangrijke namen uit deze periode zijn de kunstenaars Henri Cartier-Bresson en Robert Doisneau. Franse fotografen in het algemeen hebben een centrale rol gespeeld in de verdere hebben een ongelooflijk belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van dit medium. Zij gebruikten het als een kunstvorm en als een middel om de geschiedenis en de samenleving van Frankrijk te documenteren. Zwart-wit beelden, dynamische, hedendaagse werken, maar ook vernieuwende opnamen en experimenten vertegenwoordigen de Franse fotografische kunst. Belangrijke namen in dit verband zijn ook: Brassaï, Félix Nadar, Jacques Henri Lartigue, Willy Ronis, Eugène Atget, en vele anderen. In het begin was fotografie echter vaak een documentair medium. Schilderijen en prenten werden vervangen door foto's, die nu de wereld visueel weergaven. In de 19e eeuw werd erover gedebatteerd voor welk doel foto's eigenlijk moesten worden gebruikt. Wetenschap of kunst. Of allebei. In de 20e eeuw werden foto's voor de Fransen meer en meer een symbool van nostalgie. Dit werd ook sterk beïnvloed door de Eerste en Tweede Wereldoorlog, die de orde van de mensheid hadden vernietigd. Foto's waren nu de enige manier om de wereld weer te zien zoals hij vroeger was. Dit wordt duidelijk bij het zien van de expressieve schilderijen van Franse kunstenaars uit die tijd.
Pagina 1 / 45