Melodramatische taferelen van apocalyptische gebeurtenissen, bijbelse en fantastische thema's kenmerken het werk van John Martin, een Engelse graveur, illustrator en kunstenaar van de negentiende eeuw. Hij was een vroom christen, maar verdedigde het deïsme en was een volgeling van de natuurlijke religie. Werken als "Het Laatste Oordeel", "De Grote Dag van Zijn Toorn" en "De Hemelse Vliegtuigen" weerspiegelen de persoonlijkheid van de kunstenaar. Zijn werken worden gekenmerkt door kleine figuren in brede architectonische en landschappelijke settings, geperfectioneerd door dramatische verlichting, verbeelding en aandacht voor detail. Vooral het landschapsmotief, waarin hij zich grotendeels liet inspireren door de natuur van Northumberland, maakte hem tot een grote exponent van de romantiek. Zijn duistere, beklemmende maar tegelijkertijd roerige karakter maakte dat hij zich onderscheidde van zijn concurrenten.
Met zijn meester, de Italiaanse kunstenaar Bonifacio Musso, verhuisde hij naar Londen waar hij op negentienjarige leeftijd trouwde. Naast de verkoop van zijn schilderijen verdiende John Martin zijn geld met tekenlessen en het schilderen van glas en porselein. Vanaf 1812 kreeg hij meer aandacht voor zijn werken; het publiek werd zich echter pas echt bewust van hem toen zijn broer Jonathan Martin, ook bekend als "Mad Martin", een brand stichtte in de Yorkse minister. Hoewel hij met enthousiasme van het publiek werd ontvangen, bleef zijn wens - om lid te worden van de Koninklijke Academie - onvervuld, omdat critici als John Ruskin zijn werk als vulgair bestempelden. In plaats daarvan werd hij van 1824 tot 1838 lid van de Society of British Artists. Hij werd ook de officiële historieschilder van Prins Leopold van Saksen-Coburg en werd voor zijn schilderijen onderscheiden met de Leopoldsorde. Naast het schilderen had John Martin een grote belangstelling voor architectuur. Daarom was hij betrokken bij het opstellen van plannen voor de watervoorziening, de riolering en de spoorwegen in Londen.
Hoewel de kunstenaar steeds meer prestige verloor, liet hij ook na zijn dood in 1854 zijn sporen na: zijn werken moedigden vooral de Amerikaanse kunstenaar Thomas Cole aan om de Hudson River School op te richten. Hij inspireerde ook de prerafaëlieten, vooral de Britse schilder en dichter Dante Gabriel Charles Rossetti. Enkele van Martin's schilderijen, bijvoorbeeld "The Destruction of Sodom and Gomorrah", "Clytie" en "The Bard", zijn nu te zien in de Laing Art Gallery in Newcastle.
Melodramatische taferelen van apocalyptische gebeurtenissen, bijbelse en fantastische thema's kenmerken het werk van John Martin, een Engelse graveur, illustrator en kunstenaar van de negentiende eeuw. Hij was een vroom christen, maar verdedigde het deïsme en was een volgeling van de natuurlijke religie. Werken als "Het Laatste Oordeel", "De Grote Dag van Zijn Toorn" en "De Hemelse Vliegtuigen" weerspiegelen de persoonlijkheid van de kunstenaar. Zijn werken worden gekenmerkt door kleine figuren in brede architectonische en landschappelijke settings, geperfectioneerd door dramatische verlichting, verbeelding en aandacht voor detail. Vooral het landschapsmotief, waarin hij zich grotendeels liet inspireren door de natuur van Northumberland, maakte hem tot een grote exponent van de romantiek. Zijn duistere, beklemmende maar tegelijkertijd roerige karakter maakte dat hij zich onderscheidde van zijn concurrenten.
Met zijn meester, de Italiaanse kunstenaar Bonifacio Musso, verhuisde hij naar Londen waar hij op negentienjarige leeftijd trouwde. Naast de verkoop van zijn schilderijen verdiende John Martin zijn geld met tekenlessen en het schilderen van glas en porselein. Vanaf 1812 kreeg hij meer aandacht voor zijn werken; het publiek werd zich echter pas echt bewust van hem toen zijn broer Jonathan Martin, ook bekend als "Mad Martin", een brand stichtte in de Yorkse minister. Hoewel hij met enthousiasme van het publiek werd ontvangen, bleef zijn wens - om lid te worden van de Koninklijke Academie - onvervuld, omdat critici als John Ruskin zijn werk als vulgair bestempelden. In plaats daarvan werd hij van 1824 tot 1838 lid van de Society of British Artists. Hij werd ook de officiële historieschilder van Prins Leopold van Saksen-Coburg en werd voor zijn schilderijen onderscheiden met de Leopoldsorde. Naast het schilderen had John Martin een grote belangstelling voor architectuur. Daarom was hij betrokken bij het opstellen van plannen voor de watervoorziening, de riolering en de spoorwegen in Londen.
Hoewel de kunstenaar steeds meer prestige verloor, liet hij ook na zijn dood in 1854 zijn sporen na: zijn werken moedigden vooral de Amerikaanse kunstenaar Thomas Cole aan om de Hudson River School op te richten. Hij inspireerde ook de prerafaëlieten, vooral de Britse schilder en dichter Dante Gabriel Charles Rossetti. Enkele van Martin's schilderijen, bijvoorbeeld "The Destruction of Sodom and Gomorrah", "Clytie" en "The Bard", zijn nu te zien in de Laing Art Gallery in Newcastle.
Pagina 1 / 3