De ontwikkeling van de Russische kunst begint met de overgang van heidense religie naar het christendom. Met de verandering van geloof begon de creatie van iconen. Religieuze voorstellingen zijn een kunstvorm van de Russische schilderkunst die teruggaat tot de 1e eeuw. Iconen zijn afbeeldingen van religieuze figuren en scènes, vaak uitgewerkt met een weelderig kleurenschema in opulent blauw en gouden elementen. Het perspectief is opvallend afgeplat. Iconen zijn wijdverbreid in het orthodoxe christendom. De voorstellingen versieren vooral gebedshuizen, maar zijn ook zeer geliefd in privévertrekken als teken van geloof. Een van de beroemdste schilders van dit genre is Andrei Rublev, die leefde tijdens de Europese Middeleeuwen. Het schilderen van iconen was de bepalende kunstvorm van de Russische schilderkunst tot de 17e eeuw. In de afbeeldingen zijn ontwikkelingsstappen zichtbaar. Simon Ushakov gebruikte de iconenschilderkunst voor scènes die niet uitsluitend een bijbelse oorsprong hadden en zijn werken vertonen benaderingen van perspectief en diepte.
Toen Peter de Grote tsaar van Rusland werd, veranderde de politieke houding van het land. Op een bijna revolutionaire wijze stelde de tsaar zich open voor de westerse stromingen die alle sociale stromingen beïnvloedden. Vooral de kunst onderging een grote verandering door toedoen van West-Europa. In de 18e eeuw werd het neoclassicisme de overheersende kunstvorm in de Russische schilderkunst. De mythen en legenden van de Griekse en Romeinse goden werden een van de centrale thema's in de representatie. Anton Losenko werd een van de beroemdste schilders van het korte maar intense tijdperk van het Russisch Classicisme.
Russische kunstenaars wilden meer dan de academische en onrealistische uitbeeldingen van legendarische figuren. Naarmate de 19e eeuw vorderde, groeide het verlangen naar realistische afbeeldingen die in een context van politieke en culturele thema's konden worden geplaatst. Dit was een artistieke stroming die zich in de Franse schilderschool had ontwikkeld en via de literatuur zijn weg vond naar de schilderkunst in Rusland. Tot dit tijdperk had de Russische school zich zeer gedifferentieerd ontwikkeld ten opzichte van de Europese schilderkunst. Tradities en culturele wortels waren altijd trouwe begeleiders van artistieke mogelijkheden. De vertrouwde sacrale tradities vervaagden langzamer naarmate het streven van de Russische kunstenaars naar modernisering toenam. Parallel aan het Russische symbolisme, stolde de realistische vorm van voorstelling. Het alledaagse leven werd waardig bevonden om het centrale onderwerp van een schilderij te zijn. Het uitzicht vanuit het raam over de daken van de stad, het leven op het land of de blik in de klas. Momenten die fotografisch lijken en waarmee de Russische kunstenaars het niveau van hun Europese modellen bereikten. Met de transformatie naar de Russische avant-garde werd de kunstscène eindelijk een bron van inspiratie voor de Europese kunstwereld.
De ontwikkeling van de Russische kunst begint met de overgang van heidense religie naar het christendom. Met de verandering van geloof begon de creatie van iconen. Religieuze voorstellingen zijn een kunstvorm van de Russische schilderkunst die teruggaat tot de 1e eeuw. Iconen zijn afbeeldingen van religieuze figuren en scènes, vaak uitgewerkt met een weelderig kleurenschema in opulent blauw en gouden elementen. Het perspectief is opvallend afgeplat. Iconen zijn wijdverbreid in het orthodoxe christendom. De voorstellingen versieren vooral gebedshuizen, maar zijn ook zeer geliefd in privévertrekken als teken van geloof. Een van de beroemdste schilders van dit genre is Andrei Rublev, die leefde tijdens de Europese Middeleeuwen. Het schilderen van iconen was de bepalende kunstvorm van de Russische schilderkunst tot de 17e eeuw. In de afbeeldingen zijn ontwikkelingsstappen zichtbaar. Simon Ushakov gebruikte de iconenschilderkunst voor scènes die niet uitsluitend een bijbelse oorsprong hadden en zijn werken vertonen benaderingen van perspectief en diepte.
Toen Peter de Grote tsaar van Rusland werd, veranderde de politieke houding van het land. Op een bijna revolutionaire wijze stelde de tsaar zich open voor de westerse stromingen die alle sociale stromingen beïnvloedden. Vooral de kunst onderging een grote verandering door toedoen van West-Europa. In de 18e eeuw werd het neoclassicisme de overheersende kunstvorm in de Russische schilderkunst. De mythen en legenden van de Griekse en Romeinse goden werden een van de centrale thema's in de representatie. Anton Losenko werd een van de beroemdste schilders van het korte maar intense tijdperk van het Russisch Classicisme.
Russische kunstenaars wilden meer dan de academische en onrealistische uitbeeldingen van legendarische figuren. Naarmate de 19e eeuw vorderde, groeide het verlangen naar realistische afbeeldingen die in een context van politieke en culturele thema's konden worden geplaatst. Dit was een artistieke stroming die zich in de Franse schilderschool had ontwikkeld en via de literatuur zijn weg vond naar de schilderkunst in Rusland. Tot dit tijdperk had de Russische school zich zeer gedifferentieerd ontwikkeld ten opzichte van de Europese schilderkunst. Tradities en culturele wortels waren altijd trouwe begeleiders van artistieke mogelijkheden. De vertrouwde sacrale tradities vervaagden langzamer naarmate het streven van de Russische kunstenaars naar modernisering toenam. Parallel aan het Russische symbolisme, stolde de realistische vorm van voorstelling. Het alledaagse leven werd waardig bevonden om het centrale onderwerp van een schilderij te zijn. Het uitzicht vanuit het raam over de daken van de stad, het leven op het land of de blik in de klas. Momenten die fotografisch lijken en waarmee de Russische kunstenaars het niveau van hun Europese modellen bereikten. Met de transformatie naar de Russische avant-garde werd de kunstscène eindelijk een bron van inspiratie voor de Europese kunstwereld.
Pagina 1 / 5