Théodule Charles Devéria was een beroemde Franse fotograaf. Als egyptoloog hield hij zich bezig met de studie van de oude Egyptische hoge cultuur. Een groot deel van zijn fotografisch en lithografisch werk toont motieven uit het land.
Théodule werd in 1831 geboren als zoon van de Parijse schilder Achille Devéria. Al op jonge leeftijd ontdekte hij zijn interesse in het verre Egypte. Hij was twaalf jaar oud toen hij Emile Prisse d'Avennes ontmoette. De Egyptoloog vertelde enthousiast over zijn wetenschappelijk werk in het verre land. Théodule bezocht vervolgens tal van musea om tentoonstellingen uit Egypte te bekijken. Na zijn schooldagen studeerde Théodule Arabisch aan het Collège de France en hield zich bezig met de Koptische cultuur. In 1855 publiceerde hij litho's met opgravingen in Thebe. Negatieven van foto's vormden de basis voor zijn lithografische werken. In datzelfde jaar begon hij als medewerker de afdeling voor Egyptische oudheden van het Louvre te ondersteunen. Hij catalogiseerde voorwerpen die de archeoloog Auguste Mariette tijdens zijn opgravingen in Egypte had ontdekt en naar Frankrijk stuurde. Drie jaar later reisde Théodule Charles Devéria zelf voor het eerst naar Egypte. Hij steunde Mariette tijdens zijn opgravingen en hielp bij het ontcijferen van inscripties. Het was voor hem belangrijk om het bewijs van de Egyptische hoge cultuur juist met behulp van foto's en tekeningen te documenteren. In 1860 begon een carrièresprong. Devéria werd conserveringsassistent bij de afdeling Egyptologie van het Louvre. In de jaren daarna ging hij herhaaldelijk op reis naar het mysterieuze land. In het begin van de jaren 1860 reisde hij de Nijl op naar de Philae regio en naar Nubia, waar de Abu Simbel-tempels te vinden zijn. Onmiddellijk na zijn terugkeer in Frankrijk assisteerde hij zijn collega Mariette bij het beschrijven van de opgravingen die de archeoloog tijdens zijn werk in Egypte van 1850 tot 1854 tegenkwam.
In 1864 ontmoette Devéria de bekende Egyptoloog Arthur Rhoné. Een maand later besloten ze samen met vrienden weer naar Egypte te reizen. In deze periode zijn er nog meer foto's en tekeningen gemaakt, waarop onder andere Caïro en Alexandrië te zien zijn. In 1868 werd Théodule Charles Devéria benoemd tot Ridder van het Legioen van Eer voor zijn levenswerk. In 1871 stierf hij op slechts 40 jarige leeftijd in zijn geboortestad Parijs. Zijn foto's zijn vandaag de dag nog steeds belangrijk, het zijn immers waardevolle hedendaagse documenten die de fascinatie voor Egypte in het 19e eeuwse Groot-Brittannië weerspiegelen. In die tijd stond Egypte onder de toenemende invloed van de koloniale macht Groot-Brittannië. De belangstelling voor de opgravingen en archeologische werkzaamheden was in die tijd maatschappelijk gezien groot.
Théodule Charles Devéria was een beroemde Franse fotograaf. Als egyptoloog hield hij zich bezig met de studie van de oude Egyptische hoge cultuur. Een groot deel van zijn fotografisch en lithografisch werk toont motieven uit het land.
Théodule werd in 1831 geboren als zoon van de Parijse schilder Achille Devéria. Al op jonge leeftijd ontdekte hij zijn interesse in het verre Egypte. Hij was twaalf jaar oud toen hij Emile Prisse d'Avennes ontmoette. De Egyptoloog vertelde enthousiast over zijn wetenschappelijk werk in het verre land. Théodule bezocht vervolgens tal van musea om tentoonstellingen uit Egypte te bekijken. Na zijn schooldagen studeerde Théodule Arabisch aan het Collège de France en hield zich bezig met de Koptische cultuur. In 1855 publiceerde hij litho's met opgravingen in Thebe. Negatieven van foto's vormden de basis voor zijn lithografische werken. In datzelfde jaar begon hij als medewerker de afdeling voor Egyptische oudheden van het Louvre te ondersteunen. Hij catalogiseerde voorwerpen die de archeoloog Auguste Mariette tijdens zijn opgravingen in Egypte had ontdekt en naar Frankrijk stuurde. Drie jaar later reisde Théodule Charles Devéria zelf voor het eerst naar Egypte. Hij steunde Mariette tijdens zijn opgravingen en hielp bij het ontcijferen van inscripties. Het was voor hem belangrijk om het bewijs van de Egyptische hoge cultuur juist met behulp van foto's en tekeningen te documenteren. In 1860 begon een carrièresprong. Devéria werd conserveringsassistent bij de afdeling Egyptologie van het Louvre. In de jaren daarna ging hij herhaaldelijk op reis naar het mysterieuze land. In het begin van de jaren 1860 reisde hij de Nijl op naar de Philae regio en naar Nubia, waar de Abu Simbel-tempels te vinden zijn. Onmiddellijk na zijn terugkeer in Frankrijk assisteerde hij zijn collega Mariette bij het beschrijven van de opgravingen die de archeoloog tijdens zijn werk in Egypte van 1850 tot 1854 tegenkwam.
In 1864 ontmoette Devéria de bekende Egyptoloog Arthur Rhoné. Een maand later besloten ze samen met vrienden weer naar Egypte te reizen. In deze periode zijn er nog meer foto's en tekeningen gemaakt, waarop onder andere Caïro en Alexandrië te zien zijn. In 1868 werd Théodule Charles Devéria benoemd tot Ridder van het Legioen van Eer voor zijn levenswerk. In 1871 stierf hij op slechts 40 jarige leeftijd in zijn geboortestad Parijs. Zijn foto's zijn vandaag de dag nog steeds belangrijk, het zijn immers waardevolle hedendaagse documenten die de fascinatie voor Egypte in het 19e eeuwse Groot-Brittannië weerspiegelen. In die tijd stond Egypte onder de toenemende invloed van de koloniale macht Groot-Brittannië. De belangstelling voor de opgravingen en archeologische werkzaamheden was in die tijd maatschappelijk gezien groot.
Pagina 1 / 2