Het dadaïsme was een korte en intense beweging in de kunst van de jonge 20e eeuw. Onder de indruk van de Eerste Wereldoorlog ontstond een artistieke scène die zich uitsprak tegen zowel de gruweloorlog als het verlies van waarden in de samenleving. De oorlog heeft Europa een gruweldaad gebracht die tot dan toe niet voor mogelijk was gehouden. De kunstenaars van het dadaïsme waren luidruchtig. Voorbij waren de dagen dat kunst als een uitdrukking werd beschouwd. Het dadaïsme wilde provoceren en gebruikte alle middelen die tot hun beschikking stonden om dat te doen. De collage was het element dat uit de beeldende kunst werd gehaald. Deze vorm van design paste bij de dadaïsten. Om iets conventioneels te vernietigen en er iets nieuws van te maken, vaak zonder dat het zin heeft.
Kurt Schwitters volgde de conservatieve weg met zijn eerste stappen in de kunst. Na het afronden van zijn kunststudie in Dresden werd hij opgeroepen voor de militaire dienstplicht. Schwitters lijdt aan epilepsie en neemt de gebeurtenissen van de oorlog van buitenaf waar. Zijn indrukken zijn voor hem voldoende om zich na vier maanden dienst tot het dadaïsme te wenden. Schwitters maakt zijn eerste collages van willekeurig gevonden afval en de inhoud van papiermanden. Schwitters richt een groep kunstenaars op in zijn woonplaats Hannover. Hij noemt de groep "Merz", geïnspireerd door de naam van een bank. Daarmee toont hij zijn afwijzing van sociale verandering en kapitalisme. Kurt Schwitters produceert de zogenaamde "Merz-foto's". Een serie collages met terugkerende cijfers. Cijfers waarmee Schwitters zich emotioneel verbonden voelt. De samenstelling van de collages is waarschijnlijk ontstaan zonder de feitelijke aspecten van de artistieke taal. De term Merz-kunst is bedacht. Schwitters' interpretatie van de term was: "Alles was toch al kapot, en het was nodig om iets nieuws te bouwen van de scherven. Maar dit is MERZ. Een kunst die onvoorwaardelijk moet zijn en de kunstenaar de grootst mogelijke vrijheid van meningsuiting moet geven. Merz-kunst is abstract en overstijgt de grenzen van de bekende media. Schwitters zag zijn collages als een wedergeboorte van onopgemerkte en waardeloze dingen.
Kurt Schwitters gebruikte alle vormen van expressie die hem ter beschikking stonden. Een dichtbundel onder de naam "Anna Blume" werd zijn handelsmerk. Het is bijna een watermerk dat Schwitters in veel van zijn werken gebruikt. Kleine stickers geven herhaaldelijk verwijzingen naar zijn proza, die Schwitters tot buiten de grenzen van zijn woonplaats beroemd hebben gemaakt. Ondanks zijn intensieve inspanningen om het dadaïsme te bevorderen, neemt Schwitters een geïsoleerde positie in binnen de Europese kunstwereld. Er zijn links naar Nederlandse kunstenaars, maar ook naar Hans Arp en Tristan Tzara. Schwitters heeft internationaal succes geboekt. Toch blijft hij een individuele kunstenaar. In 1937 dwongen de politieke gebeurtenissen in Duitsland Schwitters te emigreren. Zijn kunst werd als ontaard beschouwd en Kurt Schwitters vluchtte eerst naar Noorwegen en later met zijn familie naar Engeland.
Het dadaïsme was een korte en intense beweging in de kunst van de jonge 20e eeuw. Onder de indruk van de Eerste Wereldoorlog ontstond een artistieke scène die zich uitsprak tegen zowel de gruweloorlog als het verlies van waarden in de samenleving. De oorlog heeft Europa een gruweldaad gebracht die tot dan toe niet voor mogelijk was gehouden. De kunstenaars van het dadaïsme waren luidruchtig. Voorbij waren de dagen dat kunst als een uitdrukking werd beschouwd. Het dadaïsme wilde provoceren en gebruikte alle middelen die tot hun beschikking stonden om dat te doen. De collage was het element dat uit de beeldende kunst werd gehaald. Deze vorm van design paste bij de dadaïsten. Om iets conventioneels te vernietigen en er iets nieuws van te maken, vaak zonder dat het zin heeft.
Kurt Schwitters volgde de conservatieve weg met zijn eerste stappen in de kunst. Na het afronden van zijn kunststudie in Dresden werd hij opgeroepen voor de militaire dienstplicht. Schwitters lijdt aan epilepsie en neemt de gebeurtenissen van de oorlog van buitenaf waar. Zijn indrukken zijn voor hem voldoende om zich na vier maanden dienst tot het dadaïsme te wenden. Schwitters maakt zijn eerste collages van willekeurig gevonden afval en de inhoud van papiermanden. Schwitters richt een groep kunstenaars op in zijn woonplaats Hannover. Hij noemt de groep "Merz", geïnspireerd door de naam van een bank. Daarmee toont hij zijn afwijzing van sociale verandering en kapitalisme. Kurt Schwitters produceert de zogenaamde "Merz-foto's". Een serie collages met terugkerende cijfers. Cijfers waarmee Schwitters zich emotioneel verbonden voelt. De samenstelling van de collages is waarschijnlijk ontstaan zonder de feitelijke aspecten van de artistieke taal. De term Merz-kunst is bedacht. Schwitters' interpretatie van de term was: "Alles was toch al kapot, en het was nodig om iets nieuws te bouwen van de scherven. Maar dit is MERZ. Een kunst die onvoorwaardelijk moet zijn en de kunstenaar de grootst mogelijke vrijheid van meningsuiting moet geven. Merz-kunst is abstract en overstijgt de grenzen van de bekende media. Schwitters zag zijn collages als een wedergeboorte van onopgemerkte en waardeloze dingen.
Kurt Schwitters gebruikte alle vormen van expressie die hem ter beschikking stonden. Een dichtbundel onder de naam "Anna Blume" werd zijn handelsmerk. Het is bijna een watermerk dat Schwitters in veel van zijn werken gebruikt. Kleine stickers geven herhaaldelijk verwijzingen naar zijn proza, die Schwitters tot buiten de grenzen van zijn woonplaats beroemd hebben gemaakt. Ondanks zijn intensieve inspanningen om het dadaïsme te bevorderen, neemt Schwitters een geïsoleerde positie in binnen de Europese kunstwereld. Er zijn links naar Nederlandse kunstenaars, maar ook naar Hans Arp en Tristan Tzara. Schwitters heeft internationaal succes geboekt. Toch blijft hij een individuele kunstenaar. In 1937 dwongen de politieke gebeurtenissen in Duitsland Schwitters te emigreren. Zijn kunst werd als ontaard beschouwd en Kurt Schwitters vluchtte eerst naar Noorwegen en later met zijn familie naar Engeland.
Pagina 1 / 4